De Bergsetbreen is een steile gletsjer aan de oostkant van de Jostedalsbreen. Hij domineert het Krundalen en lijkt naar de bodem van dat dal te storten. Ooit was dat ook zo.
De Bergsetbreen is een onrustig typje. Geen gletsjer reageert zo heftig op veranderingen van het klimaat als deze. Als de zomers een paar jaar koel zijn en de winters sneeuwrijk, groeit hij meteen met tientallen meters per jaar. Het omgekeerde is ook waar: bij warmere en drogere omstandigheden smelt het lagere deel rap weg.
De Bergsetbreen in 1996 (links) en 2020. Bron 1996: Hallgeir Elvehøy, Glacier Periodic Photo NVE.
De laatste keer dat de Bergsetbreen het op de heupen kreeg was in de jaren negentig. Een sneeuwrijke periode deed de gletsjer honderden meters groeien. Als een stoomwals schoof het steile front het dal in. Rond 1998 was hij het langst, daarna brak de gletsjer in tweeën en dooide de tot stilstand gekomen tong in tien jaar weg.
Tweehonderd jaar eerder was de gletsjer nog kilometers langer. Waar nu het wandelpad door de bossen van het Krundalen slingert konden lange tijd geen bomen groeien, want een groot deel van het dal lag in de achttiende en negentiende eeuw onder de Bergsetbreen. De gletsjer stak rond 1800 namelijk drie kilometer het dal in.
De Bergsetbreen in 1906 (links) en 2020. Fotograaf 1906: John Bernhard Rekstad, collectie Universiteitsbibliotheek Bergen foto ubb-jr-128-006.
Nu komt de ijsval tot ongeveer halverwege de berghelling. Een mooi gezicht voor wie door het Krundalen aan komt lopen. Nog steeds vallen stukken gletsjer en plakken sneeuw omlaag tot in het dal, waar meestal wel een hoop ijs is te vinden. Een breed en langzaam stijgend pad loopt tot bij twee enorme rotsblokken, die een mooi uitzicht bieden. In het landschap is aan de vegetatie nog steeds duidelijk te zien tot waar de Bergsetbreen eind jaren negentig kwam.
Zoek binnen glacierchange