De Brenndalsbreen (vroeger bekend als de Åbrekkebreen) is een steile gletsjer in het westen van de Jostedalsbreen. Het is een van de laatste geregenereerde gletsjers van Noorwegen.
De Brenndalsbreen is een gletsjer in het Oldedalen. Dat dal is vooral bekend vanwege de beroemde Briksdalsbreen. Niettemin is de Brenndalsbreen iets ten noorden ervan minstens zo mooi. Maar de wandeling ernaartoe is pittiger en er zijn geen faciliteiten.
De Brenndalsbreen is een westelijke arm van de Jostedalsbreen. Op 1200 m hoogte hangt de dikke gletsjer boven een 400 m diepe afgrond. Het ijs valt in stukken omlaag en hoopt aan de voet van de klif op. Daaruit ontstaat weer een nieuwe gletsjertong. Zo’n gletsjer die gevormd is door vallend ijs en niet met het bovenste deel verbonden is heet een geregenereerde gletsjer.
Behalve ijs vallen er ook stenen naar beneden. Samen vormen ze een waaier van ijs en puin tussen de steile wanden van het Brenndalen. In de winter en lente is die waaier wit, als ijs domineert. Maar in de zomer en herfst hoopt stof, puin en sediment aan de oppervlakte op en kleurt hij grijs (Engen et al., 2024).
Door de verschillende tinten van het ijs per seizoen ontstaat er een afwisseling van banden in het ijs. De dunne donkere lijnen scheiden de ijsophoping in het ene jaar van het volgende jaar. Elke band is ongeveer 50 m breed en vormt in een jaar. Dat is dus ook meteen de stroomsnelheid van de gletsjer per jaar.
Eerlijk is eerlijk: die mooie banden zijn alleen van bovenaf goed te zien. Gelukkig loopt er een (lastig) pas helemaal omhoog naar de top van de rug pal ten noorden van de gletsjer. Het pad begint van de boerderij Kvame dichtbij het Oldevatnet (40 m boven zeeniveau) en loopt naar de hut Kvamssætra op 570 m. Vanaf daar is het nog 700 m omhoog op bij de Flatsteinbu te komen, een hutje op de rug Flatefjellet van bijna 1300 m hoogte. Met name de laatste 300 hoogtemeters zijn steil.
De Flatsteinbu staat aan de noordkant van de Flatefjellet, de 400 m brede rug. Na die overgestoken te zijn naar het zuiden sta je oog in oog met de ijslawine van de Brenndalsbreen. IJsbrokken breken regelmatig af en vallen op de gletsjer beneden in het diepe dal. Vanaf hier zijn de banden in de geregenereerde gletsjer goed te zien, net als de crevassen aan de buitenrand.
Een deel van de gletsjer gaat schuil onder een laag stenen. Dat komt doordat er een stuk van de bergwand boven de gletsjer is afgebroken in 2010. De rotslawine kwam terecht op de gletsjer. En omdat de gletsjer naar beneden stroomt werden de stenen ook naar voren getransporteerd. In 2020 kwamen ze bij de tong aan (Engen et al., 2024). Sindsdien smelten ze weer uit de gletsjer en worden ze achtergelaten door het terugtrekkende ijs.
Dankzij de rotslaag krimpt de Brenndalsbreen minder snel, want de stenen isoleren het ijs eronder. Momenteel wordt de gletsjer ieder jaar zo’n 10-20 m korter, terwijl dat tussen 2010 en 2020 nog 30-50 m was. En in het verleden ging de achteruitgang nog sneller. Na een groeifase in de jaren 1990 smolt de Brenndalsbreen 300 m van 2005 tot 2008. En in de jaren 1940 verloor hij zelfs een kilometer in slechts tien jaar (NVE).
Voordat de Brenndalsbreen rond 1940 zo hard begon te smelten was hij 2 km langer dan tegenwoordig. Hij bedekte het grootste deel van het Brenndalen, waaronder delen die nu bebost zijn. In die tijd was de tong nog verbonden met de ijskap via een ijsval en was het dus geen geregenereerde gletsjer.
Het Brenndalen is een hangend dal. Dat betekent dat hij met een plots hoogteverschil aansluit op een hoofdvallei, in dit geval het Oldedalen. Dat komt doordat het Oldedalen dieper is uitgesleten door gletsjers tijdens de ijstijden. Het hoogteverschil bedraagt 150 m en onderaan de steile helling stond vroeger een boerderij genaamd Tungøyane. Die heeft een treurige doch interessante geschiedenis, want hij had veel last van groeiende gletsjers in de 18e eeuw. Vanaf ongeveer 1700 vernietigden woeste smeltwaterstromen steeds meer land. Belastingen werden ter compensatie verlaagd, maar dat mocht niet baten (Rekstad, 1902).
De verarmde boeren van Tungøyane verplaatsen hun boerderijtje naar een iets betere plek in 1728 (net als hun buren van Åbrekke drie jaar eerder hadden gedaan), maar de ellende bleef komen. De gletsjer groeide tot pal boven de klif en ijs donderde het Oldedalen in. Pal naast de boerderij hoopte het ijs op tot een bedreigende berg – een geregenereerde gletsjer avant la lettre. Uiteindelijk vernietigde een ijslawine de boerderij op 12 december 1743. Al het vee kwam om op twee paarden na, het laatste land werd verwoest en slechts twee bewoners (van de vermoedelijk vier) overleefden de ramp. Een daarvan was een soldaat die er toevallig ingekwartierd was. Dit alles voltrok zich op het moment dat de gletsjer op z’n grootst was, in 1743-1744 (Eide, 1955, Nesje, 1993).
De Brenndalsbreen in 1869 en 2024. Bron 1869: Christen de Seue, Norges Geologisk Undersøkelse Fotoarkiv NGU001318.
Voordat de Brenndalsbreen in de 17e eeuw begon te groeien was er waarschijnlijk helemaal geen ijs in het Brenndalen. Hij stelde in elk geval niet meer voor dan ‘’een witte koe in de verte’’, aldus de lokale legende (Nesje, 2023). In plaats daarvan bood het dal goede weides en bossen voor de lokale boeren. De gletsjer hing weliswaar hoog boven het dal, net als nu, maar kon geen geregenereerde gletsjer voortbrengen. Dat betekent dat hij in de periode tot 1743 een indrukwekkende 4 km moet zijn gegroeid. Daarna behield hij zeker een halve eeuw z’n lengte, aldus het lokale schoolhoofd. Deze bijna 80 jaar oude Martinus E. Bødal vertelde rond 1901 aan John Rekstad dat zijn opa in de jaren 1775-1800 nog ijs over de klif het Oldedalen in had zien vallen (Rekstad, 1902).
De Brenndalsbreen in 1900 en 2024. Bron 1900: John Berhanrd Rekstad, Bibliotkeek Universiteit van Bergen foto ubb-jr-131-016.
Toen de Brenndalsbreen zoveel langer was daalde hij ononderbroken af van de ijskap naar het Brenndalen. Bovendien ontving de gletsjertong ook ijs via een ijslawine aan de andere kant van de Brenndalsnibba, de prominente berg boven het dal. Maar toen het klimaat in de 20e eeuw veranderde schoot er niet meer genoeg ijs over om de ijsval en de ijslawine in stand te houden. In plaats daarvan veranderde de Brenndalsbreen in een geregenereerde gletsjer die 3 km korter is geworden sinds 1800. Dat is een groot verlies, maar ervoor in de plaats gekomen is een van de laatste en zeker de mooiste geregenereerde gletsjer van Noorwegen.
Zoek binnen glacierchange