De Erdalsbreen is een gletsjer in het noordwesten van de Jostedalsbreen. Een prehistorische koudegolf is ontdekt in het Erdalen.
De Erdalsbreen ligt bovenin het Erdalen, een schitterend dal van begraasde bossen en gletsjerrivieren. Maar wat het dal echt uniek maakt is een ontdekking uit 1984. Atle Nesje, destijds een student en nu een vooraanstaand wetenschapper, schreef toen zijn scriptie over een opvallende morene in het Erdalen. Hij ontdekte dat die is gevormd toen de gletsjers na het einde van de laatste ijstijd weer terugkeerden (Nesje et al., 1991).
Noorwegen was helemaal door ijs bedekt in de ijstijden. De laatste eindigde ongeveer 11.700 jaar geleden. De ijsbedekking nam daarna af, maar gletsjers groeiden weer eventjes rond 10.000 jaar geleden. Hoewel ze bij lange na niet zo groot werden als tijdens de ijstijd, wist de Erdalsbreen wel weer een heel eind het Erdalen in te groeien. Omdat deze gletsjerfase voor het eerst werd ontdekt in het Erdalen heet hij het ‘Erdalen Event’. Al snel werden morenes uit dezelfde tijd ook bij andere gletsjers gevonden (Dahl et al., 2002).
De eindmorene in het Erdalen uit de gelijknamige periode ligt op 480 m hoogte. Hij is begroeid met bomen en nergens is een gletsjer te bekennen. De Erdalsbreen ligt namelijk 4 km verderop en 400 m hoger.
Tijdens een veel latere periode van groeiende gletsjer in de 18e en 19e eeuw kwam de Erdalsbreen tot op 1 km van de 10.000 jaar oude morene. Hij haalde het echter wel tot achter de klif die het lagere deel van het Erdalen scheidt van de huidige gletsjer en z’n meer.
De Erdalsbreen in 1970 en 2024. Bron 1970: NVE Fotostrøm foto 02147.
Voor de Erdalsbreen ligt een 1,3 km lang meer. Dat meer draagt (nog) geen naam, want het bestaat pas net. Eeuwenlang ging het schuil onder de gletsjer. De gletsjer werd weliswaar dunner gedurende de 20e eeuw, maar pas in de vroege jaren 2000 viel hij uiteen boven het meer. Sinds 2021 komt de gletsjer niet meer in het meer uit, waardoor ijsbergen tot het verleden behoren.
Toen de Erdalsbreen het meer nog bedekte vormde hij een logische route om de Jostedalsbreen over te steken. Nu lukt dat alleen nog als het meer bevroren is. Bovendien is de gletsjertong veel steiler geworden door de smelt en dus moeilijker te beklimmen. Toch beginnen iedere lente meerdere groepen hier aan hun ‘Josten på langs’ – de klassieke skitour over de volle lengte van de Jostedalsbreen die traditioneel bij de Erdalsbreen start.
De Erdalsbreen verliest z’n positie als start van de ‘Josten på langs’ echter aan de Fåbergstølsbreen, vooral omdat hij steeds lastiger te bereiken is. Dat komt behalve door de onzekere ijsconditie van het meer ook doordat de gletsjertong uiteenvalt sinds 2023. Dat maakt het nog moeilijker om vanaf hier op de ijskap te raken.
De gletsjer mag dan zijn gestopt met kalven, het meer wordt nog steeds gevuld door z’n smeltwater vol sediment en opgeloste mineralen. Toen geologen in de zomer van 2006 een monster van het water namen bleek het meer dan duizend jaar oud. Zo lang duurt het voordat watermoleculen, na als sneeuw te zijn gevallen en tot ijs ineen gedrukt, weer uit de gletsjer smelten (Sæther et al., 2009).
De Erdalsbreen in 1969 en 2024. Bron 1969: NVE Fotostrøm foto 02391.
Een sneeuwvlok die nu valt kan er alleen maar van dromen om zo lang in de gletsjer te zitten. Tegenwoordig verlaat hij namelijk hoogstwaarschijnlijk hetzelfde jaar nog de gletsjer, want zelfs op de top van de Erdalsbreen blijft in de meeste zomers geen sneeuw over. Er rest alleen nog eeuwenoud ijs om te smelten, totdat ook dat op is.
Zoek binnen glacierchange