Fåbergstølsbreen

De Fåbergstølsbreen is een oostelijke gletsjerarm van de Jostedalsbreen. Hij is in anderhalve eeuw tijd enorm geslonken.

Jostdalen

De Jostedalsbreen is genoemd naar het Jostedalen, een dal direct ten oosten van de ijskap. Lange tijd was dit een afgelegen dal, makkelijker over de ijskap te bereiken dan langs de rivier in het smalle en steile begin van het dal. Jonge mannen schijnen zelfs aan de andere (west-) kant van de ijskap naar de kerk te zijn gegaan, al was dat vooral om meisjes te ontmoeten (bron: tentoonstelling Breheimsenteret).

De Jostedalsbreen.
De Jostedalsbreen.
De gletsjer vulde het hele dal en blokkeerde het Jostedalen in de verte.
De gletsjer vulde het hele dal en blokkeerde het Jostedalen in de verte.

Gletsjerblokkade

Een tocht door het afgelegen dal werd soms extra bemoeilijkt door groeiende gletsjers. Van alle uitlopers van de Jostedalsbreen was de Fåbergstølsbreen de enige gletsjer die groot genoeg was om het dal echt te blokkeren. Op basis van de grootte van korstmossen moet dat rond 1705 zijn gebeurd (Bickerton & Matthews, 1992).

Tussentijdse Groei

Sinds dat hoogtepunt aan het begin van de 18e eeuw trok de gletsjer zich in totaal 3 km terug. Tussentijds waren er wel groeifases, meestal tegelijkertijd met andere uitlopers van de Jostedalsbreen. Dat gebeurde met name rond 1820, 1840, 1855, 1910 en 1930. In elk van die periodes duwde de gletsjer nieuwe eindmorenes op (Bickerton & Matthews, 1992).

Het Fåbergstølsdalen ligt bezaaid met morenes.
Het Fåbergstølsdalen ligt bezaaid met morenes.
Fåbergstolsbreen in 1899 by John Rekstad. Source: University of Bergen Library ubb-jr-129-015.Fåbergstolsbreen in 2024.

De Fåbergstolsbreen in 1899 en 2024. Bron 1899: John Rekstad, Bibliotheek Universiteit van Bergen ubb-jr-129-015.

3 km Korter

De laatste keer dat de Fåbergstølsbreen groeide was tussen 1993 en 2000, toen hij 125 m langer werd. Daarna is hij weer gestaag korter geworden. In totaal heeft de gletsjer 3 km aan lengte verloren sinds de vroege 18e eeuw, waarvan 2,3 km sinds jaarlijkse metingen begonnen in 1898 (bron: NVE).

Verspoelde Morene

Doordat de Fåbergstølsbreen zich terugtrekt is de noordzijde van het dal hevig gaan eroderen. Daar ligt namelijk een van de grootste zijmorenes van de Jostedalsbreen. Nu die rug niet langer wordt tegengehouden door de gletsjer is die rond 1950 gaan eroderen. De morene is nu doorsneden met talloze erosiegeulen en het verspoelde sediment komt in grote waaiers in het dal terecht (Ballantyne & Benn, 1994).

Orthofoto van de Fåbergstølsbreen met de eroderende morene. Onderbroken lijn geeft de maximale gletsjeromvang aan.
Orthofoto van de Fåbergstølsbreen met de eroderende morene. Onderbroken lijn geeft de maximale gletsjeromvang aan.
De Fåbergstølsdalen met links de eroderende morene.
De Fåbergstølsdalen met links de eroderende morene.
De Fåbergstolsbreen.
De Fåbergstolsbreen.

Hachelijk Pad

Het wandelpad naar de gletsjertong doorkruist heel wat van die sedimentwaaiers. In combinatie met de riviertjes en bosjes maakt dat de wandeling best wel een uitdaging, zeker op regenachtige dagen. Waar het pad de gletsjer vroeger tot op 100 m naderde, is de afstand nu veel groter. Gelukkig is de smalle, langgerekte en blauwige tong ook van iets verder weg de moeite waard.

Klik op een foto ter vergroting